Platinium - Aminoweed - 500ml - Startmeststof

AminoWeed 56 Starter Effect Booster N 9 - 56% aminozuren

Aminozuren zijn essentieel voor de voeding van alle levende organismen, aangezien zij de structurele eenheden zijn van eiwitten (aminozuurketens).

Aminozuren komen voor in de cellen en intercellulaire vloeistoffen van planten en spelen een essentiële rol in vele fysiologische processen, zoals groei, ontwikkeling en vruchtvorming, of wanneer vorst, droogte of andere abiotische stress het vermogen van de plant om te synthetiseren heeft aangetast.

AminoWeed is een organische stikstofhoudende voedingsbiostimulator met een zeer hoog aminozuurgehalte, verkregen door enzymatische hydrolyse. Dit uitgebalanceerde aminozurencomplex (nutri amino acid complex) wordt direct door de plant opgenomen. Dit hoge gehalte van 56% aminozuren geeft AminoWeed een hoge kwaliteit en een hoge reactiviteit:

- Stimuleert het eiwit- en koolhydraatmetabolisme (neo-glucogenese).

- Verbetert de synthese van precursoren van weerstand en bescherming van planten (glutathion,...).

AminoWeed stimuleert de weerstand en de groei van planten, de werking is zeer snel dankzij de onmiddellijke opname in de bladeren en wortels.

De werking ervan is gericht op het stimuleren van gewassen aan het begin van de cyclus, tijdens de productie en in stressvolle situaties.

AminoWeed wordt aanbevolen voor de correctie van stikstoftekorten (startereffect), voor het stimuleren van de groei en productie van gewassen, voor het activeren van bodems en substraten en voor het verbeteren van de weerstand van planten in stresssituaties (koude, natte bodems, vorst, waterstress, enz.)

Gebruik

1 tot 2ml/L. Als bladspray, voor de opstartfase en tijdens de teelt, en voor herstel in stresssituaties, 2 tot 3 toepassingen met een interval van 8-10 dagen. Door te besproeien, druppelen, sproeien, naar behoefte.
Samenstelling: Organische stikstof = 9% (110g/L) 56% aminozuren waarvan 25% vrij. 50% organische stof.

UAB Kan worden gebruikt in de biologische landbouw overeenkomstig EG-verordening nr. 834/2007.

De werking van het nutri aminozuur complex :

Lijst van essentiële aminozuren voor planten:

Alanine: heeft een effect op de snelheid van plantengroei en stimuleert de vorming van chlorofyl. Dit aminozuur is een van de vroege producten van fotosynthetische kooldioxide fixatie. Het stimuleert ook de wortelontwikkeling en is het belangrijkste aminozuur in sap.
Arginine: actief bij de stimulering van de fotosynthese en vertraagt het verouderingsproces. Werkt in op de snelheid van vitale processen en op de weerstand van de plant tegen ziekten en stress. ....
Aspartaat: heeft een effect op de weerstand van de plant tegen ziekten, stress, enz. Het is een bron van stikstof voor de plant en is betrokken bij veel stofwisselingsprocessen. Aspargin is de belangrijkste amino stikstof transporteur in de plant.
Cysteïne: heeft een werking op de reductie van zwavel in de plant. Neemt deel aan de assimilatieve reductie van sulfaat in de chloroplasten. Het dient als "toegangspoort" voor gereduceerde zwavel in alle organische moleculen, zoals glutamaat dat doet voor gereduceerde stikstof. Van cysteïne worden vervolgens alle andere zwavelverbindingen in de cel afgeleid, met name methionine en glutathion.
Glutamaat: heeft een effect op de vegetatieve groei vanaf het begin van de vegetatieve groei tot de oogst. Bevordert de opname van anorganische stikstof door de plant. Het is een voorloper van nieuwe aminozuren. Glycine: is een van de eerste verbindingen die worden gebruikt bij de synthese van chlorofyl (voorkomen van chlorose). Heeft een cruciale werking bij de vorming van plantenweefsel. Hij draagt bij tot de vegetatieve groei van de plant en speelt een rol in het bestuivingsproces en de vruchtzetting. Heeft een belangrijke chelerende werking. Het werkt in op de ontwikkeling van knoppen en bladeren. Het is ook betrokken bij weerstandssystemen tegen ongunstige situaties.
Histidine: heeft een effect op de vegetatieve groei vanaf het begin van de vegetatieve groei tot de oogst. Het is betrokken bij een groot aantal stofwisselingsprocessen: celproductie, histamineproductie.
Isoleucine: heeft een effect op de vegetatieve groei vanaf het begin van de vegetatieve groei tot de oogst.
Leucine: heeft een effect op de vegetatieve groei vanaf het begin van de vegetatieve groei tot de oogst. Helpt celweefsel te regenereren en te herstellen. Regelt het stikstofgehalte in de plant.
Lysine: actief bij de stimulering van de fotosynthese en vertraagt het verouderingsproces. Werkt vanaf het begin van de vegetatieve groei tot aan de oogst op de vegetatieve groei. Het is ook betrokken bij weerstandssystemen tegen ongunstige situaties.
Methionine: heeft een effect op de rijpheid van de vruchten en speelt een belangrijke rol bij de revitalisering van de wortels. Werkt in op blad- en bloemveroudering en vertraagt blad- en vruchtafscheiding. Neemt deel aan het metabolisme van zwavel. Het is een zeer belangrijk fytohormoon voor planten.
Fenylalanine: is de bron van fenolzuren, flavonoïden, gluconisaten, alkaloïden, suberinen en ligninen, die een essentiële rol spelen in de afweermechanismen en bij de vorming van wanden en vezels. Bevordert de ontkieming van scheuten en stimuleert de beworteling.
Proline: heeft een werking op de waterhuishouding van gewassen en versterkt de celwanden (osmoprotector). Het is van invloed op de weerstand tegen extreme omstandigheden zoals hitte, kou, droogte en zoutgehalte. Het bevordert de bestuiving door het stuifmeel te beschermen tegen ongunstige temperaturen of door de kieming van het stuifmeel na de kou te bevorderen.
Serine: werkt stimulerend op de fotosynthese. Heeft een effect op de weerstand van de plant tegen ziekten, stress, .... Heeft een belangrijke rol in de hormonale balans in de plant. Heeft een werking op de reductie van zwavel. Voorloper van cysteïne, een zwavelhoudend aminozuur. Neemt deel aan de assimilatoire reductie van sulfaat in de chloroplasten.
Threonine: heeft een effect op de weerstand van de plant tegen ziekten en stress. ....
Tryptofaan: heeft een effect op de weerstand van de plant tegen ziekten, stress, enz. Is een belangrijke voorloper van indoolazijnzuur, de belangrijkste plantengroeistof van de auxinegroep. Het wordt voornamelijk gesynthetiseerd in stengels en jonge bladeren, alsmede in zich ontwikkelende zaden. Belangrijkste effecten: groei, celstrekking, apicale dominantie, stimulering van vruchtontwikkeling, knopvorming, nieuwe wortelvorming, stimulering van ethyleensynthese, remming van blad- en vruchtafscheiding.
Tyrosine: heeft een effect op de weerstand van de plant tegen ziekten, stress, enz. Het is de bron van fenolzuren, flavonoïden, gluconisaten, alkaloïden, suberinen en ligninen, die een essentiële rol spelen in de verdedigingsmechanismen en bij de vorming van wanden en vezels.
Valine: heeft een effect op de snelheid van wortelvorming en op de snelheid van plantengroei. Het heeft ook een effect op de zaadvorming. Het is ook betrokken bij weerstandssystemen tegen ongunstige situaties.