Trips
Definitie
Tripsen worden gekenmerkt door hun geringe grootte en hun platte, langwerpige lichaam. Ze behoren tot de orde Thysanoptera. De volwassen trips heeft vier gevederde vleugels. Hun kleur varieert van grijs tot geel of bruin. Tripsen zijn dragers van virussen, zoals het Tospovirus. Deze virussen veroorzaken aanzienlijke oogstverliezen.
Tripsen zijn kleine, langwerpige insecten van 1 tot 2 mm groot, waardoor ze moeilijk met het blote oog waar te nemen zijn.
De vrouwtjes zijn iets groter dan de mannetjes en hebben een variabele kleur achterlijf, maar donkerder en ronder met een punt aan het eind. De larven zijn langwerpiger, hebben geen vleugels en zijn erg traag.
Proliferatie van trips
Het eerste stadium van de levenscyclus van de trips is het ei, dat veel sneller uitkomt als de temperatuur hoog is. Tripsen zijn daarom dol op kweekruimten met een hoge temperatuur, zoals kassen, kweekkamers, enz.
De vrouwtjes leggen hun eitjes in het plantenweefsel. De larve die uit het ei komt, voedt zich met het omliggende weefsel. Een van de kenmerken van deze insecten is dat zij de overgang van pop naar volwassen insect maken in de bodem of op de onderste bladeren. De larven leven op de bladeren, maar zodra zij het juiste ontwikkelingsstadium hebben bereikt, vallen zij op de grond of op de onderste bladeren, waar zij tijdens het voorpop- en popstadium blijven totdat zij zich ontwikkelen tot gevleugelde volwassenen die in staat zijn tot voortplanting. De hele levenscyclus duurt maar een paar weken.
De volwassen tripsen voeden zich hoofdzakelijk met stuifmeel, en de larven met weefsel, vloeibare plantencellen. Hun dieet bestaat daarom hoofdzakelijk uit bladeren, bloemblaadjes, scheuten en vruchten.
Symptomen
Net als bij wittevliegaanvallen zijn er directe en indirecte symptomen.
De eerste directe symptomen zijn de zeer lichte, bijna transparante verkleuring van het blad met zwarte stippen (die overeenkomen met fecale afscheiding).
Hun onderkaak raspt het plantenweefsel, versnippert het en zuigt het op. Onder de bovenste weefsellaag in het centrum van de vlek ontstaan gaten of transparante gebieden.
indirecte symptomen zijn thripspeeksel, dat giftig is voor bloemen en scheuten.
Bij ernstige aantasting kunnen de bladeren volledig uitdrogen. Ook sommige tripsen, zoals Frankliniella occidentalis, scheiden een paar druppels van een stof af wanneer ze door een roofdier worden bedreigd. Deze uitscheidingsproducten bevatten decylacetaat en dodecylacetaat, feromonen die een waarschuwingssignaal afgeven aan andere tripsen in de buurt.
Aangezien trips virussen kan overbrengen, is het belangrijk om uw planten goed in de gaten te houden en trips zo snel mogelijk op te sporen.
Hoe kan ik trips bestrijden?
Maak de kweekruimte grondig schoon, verwijder alle planten en verwijder alle substraatresten op de vloer en de tafels.
De gebruikelijke opsporingsmethode is het gebruik van lijmplankvallen. Deze vallen zijn bij voorkeur blauw, een kleur die trips sterk aantrekt. De vallen moeten regelmatig met een vergrootglas worden geïnspecteerd om na te gaan of er trips (normaal gesproken gevleugelde adulten) in de val zijn gevangen.
U kunt de planten ook besproeien met een natuurlijk insecticide zoals kaliumzeep of plantenextracten met pyrethrum. De planten moeten grondig en volledig worden besproeid, omdat trips zich onder de bladgroeven verstopt.
Biologische bestrijding
Entomofage schimmels kunnen ook worden gebruikt om trips te bestrijden.
Beauveria bassiana is een van de schimmels die gewoonlijk worden gebruikt om trips te bestrijden.